• Spring naar de hoofdnavigatie
  • Door naar de hoofd inhoud

Webmastery

Social Media & Webredactie

  • Ons werk
    • Webcare
    • Contentcreatie
    • Webredactie
  • Ons team
    • Ons team
    • Vacatures ↗
  • Onze impact
    • Onze impact
    • Kantoorbaan op de schop
    • Dag van de Thuiswerker
  • Onze tarieven
  • Contact
    • Nieuws
    • Gratis nieuwsbrieven
    • Privacybeleid
  • Show Search
Hide Search

“Ze doet het goed… voor iemand met een handicap” – De stille pijn van asymmetrisch taalgebruik

Claudia Grannetia · apr 21, 2025 ·

“Wat fijn dat ze jou een kans geven.” Die opmerking bleef hangen. Een goedbedoelde reactie van iemand uit mijn netwerk, toen ik vertelde over mijn werk. Maar wat die woorden eigenlijk zeiden? Dat het bijzonder is dat iemand met een handicap zoals ik dit werk mag doen.

Ik werk als contentspecialist & analist bij Webmastery. En ik heb een handicap: Klippel-Feil, een zeldzame aangeboren aandoening waardoor mijn nekwervels zijn vergroeid. Dat betekent dat ik wat minder energie heb dan de meeste mensen, en dat ik mijn dagen en werktijden goed moet plannen. Maar het maakt mij niet minder goed in mijn vak. Uit zulke reacties blijkt hoe hardnekkig de aannames zijn over mensen met een handicap, en hoe snel die doorsijpelen in taal. Dat noemen we asymmetrisch taalgebruik.

Na een sollicitatiegesprek voor mijn tijd bij Webmastery ving ik op: “Ze heeft veel ervaring, en ondanks haar handicap kwam ze erg sterk over.” Dat woordje ‘ondanks’ zegt alles. Het verraadt een denkpatroon waarin mijn handicap automatisch als belemmering wordt gezien. Dit is de dagelijkse realiteit van asymmetrisch taalgebruik.

Wat is asymmetrisch taalgebruik precies?

Asymmetrisch taalgebruik ontstaat wanneer we verschillende woorden of beschrijvingen gebruiken voor vergelijkbare personen of groepen, omdat we (on)bewust uitgaan van een bepaalde norm. We voegen labels toe aan mensen die afwijken van wat we als ‘standaard’ beschouwen. We zeggen “vrouwelijke arts” maar nooit “mannelijke arts”, “paralympische sporter” maar zelden “olympische sporter”. Het laatste is namelijk steeds weer de norm.

Het tegenovergestelde is symmetrisch taalgebruik. Zulke taal behandelt iedereen gelijkwaardig; hier benoem je óf bij niemand een bepaald kenmerk, óf bij iedereen. Bijvoorbeeld: “mannelijke verpleegkundigen en vrouwelijke verpleegkundigen” in plaats van alleen “mannelijke verpleegkundigen.” Alsof vrouwelijke de standaard zijn.

“Normaal vs. Anders” – De valkuil van onbewuste taalkeuzes

Om me heen merk ik dit patroon als het gaat over criminelen: “de inbreker had een migratieachtergrond”, terwijl het bij een Oer-Nederlandse bankovervaller weg wordt gelaten. Door deze formulering zetten media één groep impliciet als standaard neer en de andere als ‘afwijking’. Hoewel ik wel een verandering in positieve zin zie: allochtoon als woord gebruikt geen enkele organisatie meer.

Waarom asymmetrisch taalgebruik me persoonlijk raakt

Laatst belde een kennis van me die ik ken Webmastery. Ze wilde ook graag aan de slag als communicatiespecialist en dacht dat we een soort sociale werkplaats waren, vergelijkbaar met wat in regio Oss IBN heet. Dat beeld verbaasde me. Want hoewel we bij Webmastery veel professionals met een aandoening in dienst hebben, zijn we geen werkplek waar ‘wat mogelijk is’ voorop staat. Bij ons staat kwaliteit van werk centraal, net als bij elk ander commercieel bureau. Alleen maken we die kwaliteit bereikbaar voor mensen die buiten de traditionele kaders vallen.

En juist daarom is taal zo belangrijk. Niet alleen in hoe we over mensen praten, maar ook in hoe we systemen en structuren vormgeven. Een term als ‘afstand tot de arbeidsmarkt’ geeft je snel het gevoel dat die afstand je eigen schuld is. Terwijl de oorzaak van die afstand vaak ligt in ontoegankelijke werkomgevingen of rigide verwachtingen over werktijden en aanwezigheid.

5 concrete tips om asymmetrisch taalgebruik te vermijden

Wat mij helpt is om taalkeuzes van tevoren voor jezelf vast te leggen. Dus door een goed overdachte visie die je vastlegt. Wie is de ‘wij’ in je tekst? Wie spreek je aan, en wie blijft onzichtbaar? Bij Webmastery bespreken we dat actief met elkaar en met opdrachtgevers. We gaan op zoek naar manieren om wél inclusief te communiceren. Niet door de scherpe randjes weg te poetsen, maar door de mens centraal te zetten.We helpen organisaties en overheden om dat ook te doen, onder meer via het platform www.inclusiefcommuniceren.nl. Want inclusieve communicatie is geen eindpunt, maar een manier van werken. En daar zetten we ons elke dag met veel overtuiging voor in. Hierbij geef ik 5 praktische tips over hoe je asymetrisch taalgebruik voorkomt:

1 “Benoem het alleen als het relevant is” – De relevantietoets

Vraag je af: is deze eigenschap essentieel voor het verhaal? Voor een non-profit als Alzheimer Nederland betekent dit bijvoorbeeld niet schrijven “onze vrouwelijke directeur presenteert de jaarcijfers” maar simpelweg “onze directeur presenteert de jaarcijfers”.

2 “Als je het voor één groep benoemt, benoem het voor allemaal” – De symmetriecheck

De Redesign.life Foundation maakte een bewuste verandering in hun communicatie over deelnemers aan GreenKarting. In plaats van meiden en jongens apart te benoemen, zijn het meestal gewoon `deelnemers` en ´technische experts´.Door deze symmetrische aanpak vermijden ze het impliciet neerzetten van één groep als de ‘norm’ en andere groepen als ‘afwijkend’, wat ervoor zorg dat er ook interesse voor techniek wordt gekweekt bij meiden.

3 “Labels horen op potten, niet op mensen” – De etikettentest

In plaats van “onze gehandicapte websitebezoekers” schrijft een inclusieve organisatie als Webmastery “bezoekers die gebruik maken van ondersteunende technologieën”.

4 “Keer je zin eens om” – De omkeermethode

Als een zin vreemd klinkt wanneer je de groepen omwisselt, is er waarschijnlijk asymmetrie. “Het mannenteam speelt om 15:00 uur” klinkt vreemd als je normaal alleen “het vrouwenteam” benoemt.

5 “Mensen eerst, kenmerken later” – De people-first benadering

Schrijf niet “gehandicapte medewerker” maar “medewerker met een handicap” of beter nog, benoem alleen relevante professionele eigenschappen: “onze SEO-specialist”.

Van asymmetrisch taalgebruik naar symmetrie: een reis, geen bestemming

Symmetrisch taalgebruik vraagt om bewustwording en oefening. Het betekent niet dat we verschillen moeten ontkennen, maar dat we ze alleen benoemen wanneer ze relevant zijn, en dan op een manier die niemand als ‘afwijkend’ bestempelt. Voor mij persoonlijk betekent het dat ik word gezien als Claudia Grannetia, communicatie-expert die toevallig ook een handicap heeft—niet als ‘de gehandicapte’ die toevallig ook in een communicatiefunctie werkt.

Want uiteindelijk willen we allemaal hetzelfde: gezien worden om wie we zijn in onze volledige menselijkheid, niet gereduceerd tot één kenmerk dat ons zogenaamd ‘anders’ maakt dan de rest.

En dat begint met hoe we over elkaar praten—één woord, één post, één verhaal tegelijk. We denken graag mee over hoe jouw organisatie toegankelijker en inclusiever kan communiceren. Met taal die verbindt in plaats van verdeelt. Neem contact met onze contentstrateeg Willemijn op.

Interessant? Deel de blog met vrienden en collega's.
  • Facebook
  • Twitter
  • Linkedin
  • Whatsapp
  • Email

Geen categorie

Over Claudia Grannetia

Claudia is een social media medewerker en webredacteur met één missie: teksten schrijven die lezers woord voor woord verslinden.

Neem contact op voor meer informatie

  • Bluesky
  • Facebook
  • Instagram
  • LinkedIn
  • Pinterest
  • TikTok
  • YouTube

Webmastery is een social enterprise

  • Ons werk
  • Ons team
  • Onze impact
  • Onze tarieven
  • Contact
  • Wij maken van je scrollers volgers en van je volgers fans. 🖤Interesse?